Tip 2: Hoe om te gaan met driftbuien

Wat kun je nou het best doen tijdens een driftbui van je dreumes of peuter!?

Alle dreumesen en peuters hebben wel eens last van een driftbui het ene kindje erger en vaker dan het ander. Kinderen in deze leeftijd hebben hun eigen wil ontdekt en gaan opzoek naar de grenzen van de opvoeders, hoever kan hij/zij zijn eigen wil doordrukken bij jou. Gelukkig is dit een fase (een belangrijke fase in de sociaal-emotionele ontwikkeling) en dus gaat deze periode ook weer voorbij!

De volgende dingen kunnen helpen bij het benaderen van een kind tijdens een driftbui:

  • Blijf kalm en gebruik een rustige stem
  • Als je tegen het kind praat kom op ooghoogte van het kind
  • Erken de wens en de frustratie door deze hardop uit te spreken, bijvoorbeeld: ‘ja ik snap dat je boos bent, omdat je zo graag een koekje wil.’
  • Probeer niet te veel van het kind te vragen op dit moment en probeer het niet af te leiden (dit komt niet aan)
  • Neem het gedrag niet persoonlijk (driftbuien zijn geen reflectie van goede of slechte opvoeding)
  • Wees rustig (probeer niet zelf in de emotie te schieten, tel tot tien wordt niet boos!)
  • Blijf in de buurt van het kind (houdt gepaste afstand, kind mag niet gaan slaan/shoppen/gooien met spullen, gebeurt dit wel stop dit gedrag dan gelijk: Zeg duidelijk ‘Stop met slaan, dat doet zeer bij mij’ en stop het gedrag door rustig fysiek in te grijpen)
  • Koop een kind nooit om met iets (bijvoorbeeld: als je nu ophoudt krijg je koekje. Hiermee leer je het kind dat een driftbui met iets wordt beloond!)

Driftbuien zijn niet altijd te voorkomen maar het helpt wel om een voorspelbare planning aan te houden en dingen vaak hetzelfde te doen (rituelen, zelfde liedje/boekje zingen/lezen, zelfde volgorde van handelingen/activiteiten). Leg het kind vaak uit wat er gaat gebeuren en wat je van hem/haar dan verwacht. Kondig overgangsmomenten van tevoren al aan. Je kan er ook voor kiezen om sommige situaties waarbij vaak driftbuien voorkomen tijdelijk niet meer op te zoeken totdat het kind wat ouder en emotioneel stabieler is. Een dag op de crèche kan vergeleken worden met een hele drukke werkdag dus nog naar de speeltuin of boodschappen doen is soms niet meer wenselijk voor de dreumes/peuter.

Tip 5: 2 Keuzes geven. Laat mij kiezen!

Door kinderen regelmatig mee te laten beslissen en keuzes te laten maken helpen we hen groeien in eigenwaarde en zelfvertrouwen. Het maken van beslissingen is een belangrijke vaardigheid in het leven.

Dreumesen en peuters kunnen misschien nog niet alles zeggen wat ze willen maar ze weten vaak wel al heel goed wat ze wel en wat ze niet willen! Ook hele jonge kinderen vinden het fijn eigen zeggenschap te hebben over hun leven. Natuurlijk kun je kinderen niet alles zelf laten bepalen en dit kunnen ze vaak ook nog helemaal niet aan, het is dus belangrijk om grenzen te stellen. Maar als we binnen deze grenzen keuzes bieden waar dat kan, geeft dat zelfs hele jonge kinderen het gevoel dat ze enig zeggenschap hebben en gerespecteerd worden.

Het is dan ook bijna altijd wel mogelijk om je kind een keuze aan te bieden. Het is daarbij belangrijk om gesloten vragen te stellen dus bijvoorbeeld als je wil dat je kind gaat zitten om te eten kun je de vraag stellen: ‘Wil je op de bank of op de stoel zitten? Als je de vraag “open” stelt: ‘wil je gaan zitten? Bestaat de kans dat je een antwoord krijgt die je niet kunt accepteren (je kind wil helemaal niet gaan zitten maar rondlopen). Dus voor je de vraag stelt is het goed om je af te vragen met welke keuze je zelf bereid bent te leven voor je de vraag stelt.

Na het geven van een keuze is het belangrijk dat je kind genoeg tijd krijgt om een besluit te nemen, geef je kind de kans om na te denken. Als je kind moeite heeft met een keuze maken is het fijn als je de vraag nog eens herhaalt. Als je kind vervolgens na een redelijke tijd nog geen keuze heeft kunnen maken is het tijd om het over te nemen. Zeg dan: ‘Ik zal je helpen, ik zet je op de stoel, dan kun je zitten om goed te kunnen eten’.

In het kort:

  • Biedt een keuze met twee mogelijkheden aan (niet meer).
  • Formuleer de vraag gesloten.
  • Geef je kind genoeg tijd een keuze te kunnen maken.
  • Herhaal anders de vraag nog eens op een rustiger tempo.
  • Als het te lang duurt of het lukt je kind niet maak dan zelf de keuze voor het kind (van een van de twee opties die je gaf).
  • Zeg dan “ik ga helpen” of “dan kies ik voor jou ….”

Tip 6: “NEE” mogen zeggen

In de peuter periode zeggen kinderen veel nee! Dit is een belangrijke ontwikkelingsfase waarbij kinderen ontdekken dat zij een eigen persoon zijn met een eigen mening, gevoelens en behoeftes. Als opvoeder is het belangrijk dat je in deze fase duidelijke en consequente regels hebt waar het kind zich aan moet houden, maar het is ook heel belangrijk dat wij respecteren dat kinderen hun eigen grenzen hebben en deze ook mogen aangeven.

Vooral als het om lichamelijk contact gaat. Dit maakt je kind namelijk weerbaarder en kan helpen voorkomen dat je kind in vervelende situaties terecht komt waar een volwassenen over de grens van het kind heengaat. Het is dan ook belangrijk om te luisteren naar je kind als het bijvoorbeeld weigert een juf, oom/tante etc. een kus te geven. Leer je kind dat als het niet goed voelt dit oke is en dat ze ook gewoon een hand/high five of alleen gedag mogen zeggen. Dus als je kind ‘nee’ zegt moet je dit respecteren en niet dwingen of forceren zodat je kind het toch doet en hiermee zijn eigen grens overgaat.

Vertel je kind dat zijn/haar lijf van hem/haar is en dat niemand daar aan mag zitten wanneer hij/zij dat niet wil. Hiermee leer je je kind dat het een eigen persoon is en niet altijd mee hoeft te doen om bijvoorbeeld aardig gevonden te worden. ‘Nee’ mogen zeggen helpt je kind ook in de omgang met leeftijdsgenootjes om zijn/haar grenzen te bewaken. Luister ook naar je kind als het bijvoorbeeld tijdens een spelletje “kietelen” opeens te wild voor hem/haar wordt en hij/zij heel hard nee of stop roept. Stop dan ook gelijk en benoem dit, zo leer je je kind dat het zeggenschap heeft over zijn/haar eigen lijf en dat jij dit respecteert.